Fietsen voorbij de horizon

Maand: oktober 2024 (Pagina 1 van 4)

Langs de Mississippi

De route gaat vanaf het begin kris kras door de buitenwijken van Baton Rouge. Allemaal laagbouw. Opvallend veel slechte woningen waar dan wel twee of meer auto’s staan. Bijzonder om te zien dat vrijwel iedereen een ruime kavel heeft. Ruimte genoeg in dit maffe land.

De GPS brengt ons via de raffinaderij van ExxonMobil naar downtown.

We bekijken eerst State Capitol (Baton Rouge is de hoofdstad van Louisiana). Daarna fietsen we naar de oever van de Mississippi. Daar begint de Mississippi River Trail. Deze loopt over de dijk.

Vanaf de trail hebben we een mooi uitzicht over de rivier en met al zijn bedrijvigheid en de stad Baton Rouge aan de andere kant.

We zien de iconische brug over de Mississippi (net Meccano) en de duwboten met eindeloze containers.

Aan stadskant springt het Tiger Stadium er uit. Deze staat op de campus van het Louisiana State University. Er passen 102.000 toeschouwers in het stadion, bijna twee keer zo veel als in de Johan Cruijff Arena. We fietsen 20 km over de trail.

Helaas weer een behoorlijke tegenwind (een mens moet wat te zeuren hebben). Wel bijzonder, we maken deze tocht van West naar Oost omdat, statistisch gezien, de meeste wind vanuit het westen komt. In plaats van meewind hebben we sinds aankomt in de VS alleen nog maar wind uit het oosten. Na de rustige rit langs de rivier komen we op hwy 30. Het lijkt een herhaling van gisteren, veel lawaai en veel troep langs de weg. Gelukkig mogen we er na 10 km weer af, terug naar de rivier. We kunnen de dijk niet meer op en volgen de weg er naast. Deze is weer fijner om op te fietsen. De natuur is alleen verdrongen door de olie-industrie, Pernis er niets bij. De (eind-)producten worden met grote pijplijnen over de dijk gevoerd naar de vrachtschepen die al klaar liggen in de Mississippi.

Ter hoogte van Modeste verlaten we de rivier en onze route. We gaan naar het Noorden richting Gonzales, daar wacht ons hotel. We eten vanavond Cajun Food en ik kijkt de Finale World Series baseball tussen New York Yankees en de winnaars Los Angeles Dodgers.

Over de Mississippi

We rijden door het schattige centrum van New Roads, dat ligt aan de False River. Als je op de kaart kijkt lijkt het ook geen echte rivier. Vanuit het dorp draaien we de hwy 10 op, richting de John James Aubudon Bridge. We zien de brug al van ver liggen. De brug gaat over de Mississippi River. Toch wel een mijlpaal op onze tocht. We laten het Westen van de USA achter ons.

Langs de kant van de weg staat een bord waarop aangegeven staat dat fietsers alleen gebruik mogen maken van de vluchtstrook. Dat is al heel wat voor een brug over de Mississippi. We hebben de overige bruggen naar het zuiden bekeken die over de rivier gaan en geen heeft een vluchtstrook. Het blijft een probleem in Amerika, het onderhoud van wegen is ronduit slecht. Nu is deze brug vrij nieuw en het wegdek is goed, maar de rotzooi die er ligt wordt nooit opgeruimd. We slalommen tussen stukken autoband, glas, afval, gruis en echte stukken hout. Als er geen auto’s aankomen maken we toch ook maar gebruik van de rijstroken voor auto’s. Nog een geluk dat we geen lekke band krijgen, we kunnen geen kant op.

De rivier is indrukwekkend groot. Als we de brug af rijden blijven we tussen de betonnen muren rijden. De brug blijkt nog vier kilometer op palen door het moeras naast de Mississippi te gaan.

Even later komen we bij US 61, een rechte vierbaansweg, gelukkig ook met vluchtstrook, die naar Baton Rouge gaat. Om de een of andere reden is dit een Scenic Highway. Dat kunnen we er niet aan ontdekken. Ruim dertig kilometer boksen we tegen de wind in, met het lawaai van het verkeer naast ons. We onderbreken de rit twee keer.

De eerste keer om Fort Desperate in Port Hudson State Historic Site te bekijken. Het doet zijn naam eer aan. Een diep in het bos geïsoleerd slagveldje met één kanon, en dat is het dan.

De tweede onderbreking is voor de lunch onderweg. Zittend langs de kant van de weg eten we een broodje en slaan een fles cola achterover. We hebben genoeg bekijks, het is de afslag naar de regionale vuilopslag, de vuilniswagens rijden af en aan. Helemaal daas van het verkeerslawaai houden we het vroeg voor gezien. Morgen verder langs de Mississippi, als ik de band geplakt heb, die leeg staat bij aankomst in het hotel.

Dijk naast Mississippi, west-site.

Verrassing

Wild kamperen is niet anders dan gewoon kamperen. De weersomstandigheden worden er niet anders van. We zijn in Louisiana en het is klam en warm. Daarbij komt vanochtend een hardnekkige mist waardoor we niet eerder dan half elf kunnen vertrekken. Tent en kleding gaan allemaal vochtig de tassen in. We zitten nog geen kwartier op de fiets of het zweet stroomt al van mijn rug af.Het belooft een mooie tocht te worden langs de rivieren in de Mississippi Delta. Eerst rijden we over een hoge smalle brug over de Atchafalaya River en daarna rijden we langs de rivier.

Probleem is een gigantische dijk die tussen ons en de rivier ligt. Als we de dijk op klimmen zien we een uiterwaard die begroeid is met bos. Van de rivier zien we niks. Toen we over de brug fietsten is dat achteraf het enige moment geweest dat we de brede rivier hebben gezien. En foto’s maken zat er op dat moment niet in. 

We buigen af van de rivier en rijden door het boerenlandschap met heel veel suikerriet plantages. Het oogstseizoen is in volle gang. Vrachtwagens rijden af en aan. Het restant van de oogst wordt platgebrand. Als we er langs rijden ruikt het naar aangebrande caramel.

Het blijft ook opvallend dat de oude troep en vervallen gebouwen niet wordt opgeruimd. We hebben weer een paar bijzondere exemplaren gespot.

Vanaf Batchelor rijden we langs de Raccourci Old River, net als de Atchefalaya een zijtak van de Mississippi. Ook hier weer een dikke dijk die het uitzicht belemmert. Gelukkig is er een pad over de dijk die naar het restaurant Old River Landing gaat.

We hebben wel zin in lunch. Zoals ons wel vaker overkomt is deze tent gesloten. Niet alleen op dinsdag, maar ook op maandag en woensdag. We eten ons eigen broodje maar op onder het overkapte terras. Hebben we gelukkig nog schaduw en een prachtig uitzicht over de machtige rivier.

Volgens een visser staat het water laag. Voor hoog water hebben de bewoners maatregelen genomen door hun woning op palen te zetten.

Als we  hwy LA1 naar New Roads nemen rijden we ineens boven op de dijk. Het is een soort Afsluitdijk voor de Morganza Floodway. Een gigantisch waterbekken voor de opvang van hoog water. Hebben we eindelijk uitzicht, hebben we het probleem van het verkeer. De vluchtstrook is zo smal, dat de vrachtauto’s met suikerriet vlak langs ons scheren. Niet echt aangenaam. We zien onder aan de dijk een landbouwweggetje liggen. We hobbelen de dijk af, nu kunnen we rustig fietsen.

We zijn bijna aan het eind van het pad als we een blok hout op de weg zien liggen. Is het wel een blok hout? Nee het beweegt en heeft pootjes. Gelukkig kunnen we op tijd stoppen. Wat een verrassing.

We hebben in Chicot State Park twee dagen gezocht naar onze vriend de alligator en nu ligt hij op ons te wachten. We geven hem de tijd om weg te wandelen. Dit is geen lieverdje waar we even langs fietsen. Als we eind van de middag in New Roads aankomen koken we bijna. Kamperen is leuk, maar na drie dagen in de tent is het weer tijd voor een hotel met een fatsoenlijke douche.

Mayor

Met mayor Brenda Sampson

De zon is nog maar net op wanneer wij wegrijden van de camping. Vervolgens moeten we erg ons best doen om niet in een scheur of gat in het asfalt terecht te komen. Wat een slechte weg! Gelukkig slaan we na 5 km hotseknotsen een landweg in met beter asfalt. De tie-raps van Ariane’s stuurtasje zijn inmiddels weer geknapt en mijn stuurspiegel is ergens eraf gevallen. De laatste vinden anderhalve kilometer eerder we weer terug.

We zijn inmiddels een andere omgeving in gefietst. Nog steeds agrarisch, nu met verbouw van suikerriet. We hebben al de nodige kraampjes met verkoop van daiquiri gezien (zelfs drive true) en die rum moet toch ergens vandaan komen? 

We hebben bij Lone Pine onze second breakfast en afgetopt fietsen we verder richting Bunkie. De naam klinkt grappig en we zijn benieuwd wat voor een plaatsje het is. In eerste instantie een typisch plaatsje uit het Zuiden. De spoorlijn verdeelt het dorp. Aan de ene kant van de lijn het ‘verkeerde’ deel (lees armoedig, slechte huizen, deels onbewoonbaar) en aan de andere kant het betere deel, zoals winkels, gemeentehuis, parkje en koloniale huizen.

Vandaag verwelkomt Bunkie een konvooi van historische legervoertuigen van MVPA (military vehicle preservation association). Alle voertuigen staan bij het station opgesteld. Dit konvooi trekt jaarlijks door de VS. Deze keer van Canada (grens Minnesota) naar New Orleans via Jefferson Highway.

Al met al is het een gezellige boel . De deelnemers aan het konvooi worden ontvangen met muziek en een lunch van de Rotary Club. De organisatoren vinden het erg leuk dat wij toevallig, in een wel heel klein konvooi, net Bunkie aan doen. Er is een Belgische deelnemer die direct wordt opgetrommeld. Erg aardige man die overigens prima Vlaams spreekt terwijl hij nauwelijks in België gewoond heeft, maar in Belgisch Kongo.

We worden aan een tafel gezet en krijgen een gratis lunch en ijskoud water. Echt Cajun voedsel: Jambalaya. Het is heerlijk!!! Ook super gezellig met al die mensen en muziek. We zitten net te eten of er komt een mevrouw op ons af. Het is Brenda Sampson, de burgemeester van Bunkie en heeft van ons Nederlanders gehoord. Ze wil met ons op de foto. Een erg aardige dame die goed is in het onderhouden van sociale contacten. We lezen later dat ze de eerste Afro Amerikaanse burgemeester is van Bunkie. Wederom afgetopt stappen we na de lunch weer op de fiets nadat we vriendelijk doch beleefd de aangeboden milkshakes afslaan. We moeten de hwy 1 volgen richting Simmesport. Dit blijkt weer een slechte weg te zijn helaas met een hoop gestuiter over de vluchtstrook. Niet zo fijn met al dat genuttigde Cajun voedsel.

Onderweg rijd ik bijna over een slang. Deze heeft ook recent gegeten en ziet er ook afgetopt uit. Later horen we dat het een chicken snake is.

Chicken snake

In Simmesport zijn eigenlijk geen overnachtingsmogelijkheden. We kunnen kamperen op een verlopen park, Yellow Bajou Civil War Park. Officieel moeten we eerst bellen met de Cityhall maar deze is gesloten op zondag.We hebben genoeg water en ‘supply’ bij ons. De bidons fungeren even als douche. We koken tussen de muggen die ons bij schemer aanvallen. Na het eten vluchten we de tent in. Hier zitten we mug vrij. Het is nog vroeger donker dan anders. Op de een of andere manier is vanmiddag de wintertijd in gegaan, maar dat zou in Amerika pas 3 november gebeuren. 

Bomen, boeken en snoep

We doorgronden de bureaucratie van de parken steeds beter. Ik ben lid van Louisiana State Parks en heb voor twee nachten kunnen boeken in Chicot State Park. Heerlijk om de benen een dagje fietsrust te geven. Vanwege de mist gaan we vroeg naar het meer om in een serene rust de natuur te zien.

Alligator Gar Fish (Alligatorsnoek)

Prachtig om de in het water staande bomen langzaam zichtbaar te zien worden. De alligators vertonen zich niet, hooguit een langs zwemmende vis.

Terug bij de tent kunnen we heerlijk in de schaduw ons boek lezen. Ik doe wat onderhoud aan de fietsen en bevestig met tie-raps de houder van Ariane’s stuurtas aan haar stuur. Kijken of dat sterk genoeg is de komende dagen.

In de middag maken we een hike over een 30 kilometer lange trail rondom Lake Chicot. Wij doen alleen de eerste twee kilometer tot we bij een brug over het meer komen. Het is nauwelijks herkenbaar als meer. Het is volledig dicht gegroeid met cipressen. Wel mooi om te zien. We verwachten elk moment de alligator te zien, maar hij ons niet.

Eind van de middag komen de kindertjes die op de camping zijn langs bij de tent. Zij vieren dit weekend Halloween. Prachtig verkleed vragen ze om snoep. We hebben alleen een paar koekjes.

Gelukkig redt Ronnie, de kampbeheerder ons. Hij komt langs met een voorraad lolly’s. Die zijn allemaal op als de kindertjes langs zijn geweest. Voor ons rest alleen een wijntje bij het avondeten

Naar Chicot State Park

Naast Hotel Cazan ontbijten we in een diner met biscuits, gebakken eieren, gebakken spek en pancakes. De koffie wordt aangevuld voordat de mok leeg is. Goed gevuld gaan we op pad. Buiten het dorp is het te mistig. Eerst maar even boodschappen doen voordat we de Cajun Prairie weer oprijden. Net als gisteren rijden we weer tussen rijstvelden en braakliggende terreinen. En de weg is strak recht. Het is warm en de vochtigheid neemt toe. Als we even stilstaan breekt het klamme zweet ons uit.

We schieten lekker op en komen in Ville Platte. Midden in het dorp ligt een flink kerkhof en het is opvallend hoe groot de grafzerken zijn.

Vanaf Ville Platte wordt het heuvelachtiger en komen we weer in de bossen. Ons doel is Chicot State Park. Het ligt rondom Chicot Lake. Een prachtig park met cipressen die in het water staan.

We spotten de eerste schildpadden en hopen ook onze eerste alligator te zien. Van alle wilde dieren in het bos hebben de muggen de meeste belangstelling voor ons. Zij zijn vanavond naar ons op jacht. Morgen gaan we op zoek naar onze alligator. Dan houden we een rustdag.

Rustige wegen

Na ons bezoek aan het Coushatta Casino Resort hebben we geen zin om via dezelfde weg te vertrekken. We sneaken via een achteraf weggetje het terrein af. We rijden op advies van Google maps over de landweggetjes Hickory Flat Road en Cole Road terug naar Oberlin. Het is zes kilometer omrijden, maar dat is prettiger dan langs een drukke snelweg.

In Oberlin bezoeken we het Courthouse. Daar is het plaatselijke stembureau gevestigd. Early voting is in volle gang. Er zijn in het dorp al 1300 mensen wezen stemmen. Het is de eerste keer in Oberlin dat deze procedure wordt gevolgd. Het bevalt goed, want nu zijn er geen wachtrijen. Opvallend is dat op de stembiljetten wel tien presidentskandidaten staan. Harris staat boven aan, Trump als vierde en Kennedy als laatste. De rest van de kandidaten zegt mij niets. Als dank voor ons bezoek krijgen we van de voorzitter van het stembureau een sticker met de kreet: ‘I Voted’. Het stembureau verschilt niet veel met die bij ons. Het ziet er net zo saai uit.

Door ons bezoek liggen we achter op schema. Eerst maar een verse donut eten bij de plaatselijke donutwinkel en daarna op pad naar Mamou, midden in Cajunland. Het is weer heerlijk rustig.

We rijden over lange rechte wegen tussen de rijstvelden en braakliggende terreinen door. Het is vlakker dan de Flevopolder. De rijstvelden worden volgepompt met water.

Ons wordt verteld dat in het water van de rijstvelden veel crawfish zit. Deze houden de parasieten weg en zijn een lekkernij in de cajunkeuken.

Vroeg in de middag komen we aan in Mamou. Ik heb ‘s ochtends contact gehad met Hotel Cazan en we zijn welkom. Ik wil nu wel weten waar ik ‘s avonds terecht kom. Valerie, de beheerster, adviseert wel om even te bellen als we er bijna zijn, dan kan zij ons ontvangen. Aan de telefoon kon ik al kiezen welke kamer ik wil hebben. Elke kamer heeft een eigen thema.

Valerie

In Mamou aangekomen bel ik het hotel. Helaas geen contact. Dan maar sms, helaas geen contact. E-mail dan, ook geen contact. Blijkt onze provider in dit gebied niet operationeel te zijn. Gelukkig wil de overbuurman van het hotel op zijn toestel even bellen. Probleem weer opgelost. We worden hartelijk ontvangen. We krijgen direct een fles koud water in onze handen gedrukt en een uitgebreid verhaal over de ontstaansgeschiedenis van het hotel. Elke kamer heeft een eigen thema. Wij krijgen de captainsroom. Er zijn ook een kattenkamer, een hondenkamer en een halloweenkamer. De inrichting van kamer 13 maakt niet gelukkig. Je moet er maar van houden. Het hotel is een grote belevenis en zeker geen straf om hier via een achteraf weggetje in een achteraf dorpje terecht te komen.

Lekke band

Vanuit De Ridder is het simpel naar Oberlin. Een klein stukje over de drukke hwy 171, dan links af hwy 26 op. De rest van de dag hoeven niet meer af te slaan tot we in Oberlin zijn. De hele lange rechte weg hebben we een brede shoulder, behalve bij een paar bruggen. Dan is het goed omkijken of er geen vrachtwagen aan komt en dan vlug over de brug naar de veilige vluchtstrook. Een van de bruggen gaat over de Calcasieu River. Daar houden we even pauze.

De subdoelen voor onderweg zijn de convenience stores. Dan kunnen we een koude cola scoren. De weg is kaarsrecht en gaat lichtjes op en neer. Af toe zien we wat landbouw en/of veeteelt  en heel veel bos. Vrachtwagens met boomstammen komen ons tegemoet en de lege halen ons in.

Ze verliezen nog wel eens wat hout, dat wordt Ariane fataal. Ineens loopt haar achterband leeg. Ik dacht nog aan een doorn, maar een houtsplinter heeft de binnenband twee keer doorgeprikt. Hier kan zelfs geen anti-lek band tegen op. Langs de kant van de weg wordt de band vervangen en we kunnen weer door.

In Oberlin kunnen we een overnachten in de brandweerkazerne. We moeten wel van te voren bellen. Gisteren al gedaan, maar de telefoon werd niet opgenomen. Vandaag hebben we wel contact, maar degene die opneemt werkt niet meer bij de brandweer. Ik krijg een nieuw nummer, maar zoals het wel vaker gaat, die wordt niet opgenomen. Verder zijn er geen slaapplaatsen in Oberlin. Tien kilometer naar het zuiden is het Coushatta Resort. Het is van de Native Americans en zij beheren daar een casino. Alle hotelkamers, en dat zijn er heel veel, zitten vol. Gelukkig voor ons reserveren zij een stacaravan op een nabij gelegen RV park. Daar zetten we de tent op om te drogen, die was vanochtend weer kleddernat. Vanaf het RV park rijdt een shuttlebus naar het casino. Kunnen we in ieder geval nog eten vanavond. Het restaurant is in het casino. Nu ben ik wel eens in een casino geweest, maar dit is andere koek. Meer dan duizend gokautomaten blinken ons tegemoet. De meeste zijn bezet door rokende bejaarden, gehandicapten en eenzaam in zichzelf gekeerde types. Ergens achterin is nog een hoekje waar actief blackjack en poker wordt gespeeld. We scoren onze maaltijd en kunnen er ook terecht voor een biertje. Daarna houden we het voor gezien.

De grens over

Vandaag verlaten we Texas. Het is fris, maar het kan nog net in de korte broek. We verlaten Kirbyville via de hwy 82. Veel ochtendverkeer op de weg maar er is een brede shoulder waar we op kunnen rijden. Na Trout Creek (een benzine pomp en een paar huizen) komen we op een heerlijk rustige weg. We moeten wel even wennen aan de honden die blaffend op je af komen. Iedereen heeft een of meerdere van die beesten. Meestal zitten ze braaf achter een hek. Zodra ze ons zien worden ze gek. Bewegende benen en een fiets dat kennen ze niet. Ineens blijken er ook zwakke of open plekken in het hek te zitten die de beesten prima weten te vinden. Een blaffende hond aan de ene kant van je fiets en een inhalende auto aan de andere kant. Als de hond niet op let, kan die onder de auto komen. Zo hebben we nog profijt van inhalende auto’s. Als er geen auto’s zijn werkt gewoon doorrijden en hard schelden in het Nederlands het beste.

We komen bij het gehuchtje Bon Wier, het laatste dorpje voor de grens met Louisiana. Het landschap verandert al, er zijn ineens meer moerasachtige stukken. We zien de eerste cipressen in het water staan en spotten een schildpad en wat runderen.

De rivier Sabine is de grens tussen Texas en Louisiana. De grens komt uitgebreid op de foto. Tenslotte fiets je niet iedere dag een staatsgrens over. 

Merryville is het eerste plaatsje in Louisiana wat we aandoen. Er is een Sheriff’s Office c.q. Visitors Center. We scoren een gratis wegenkaart van Louisiana, gaan er picknicken en werken de socials bij.

Vanaf Merryville is het nog 30 km naar DeRidder. De routekaart en GPS willen ons over de hwy 190 laten gaan (weer veel verkeer en lawaai), maar we zien mogelijkheden over binnenwegen. Zo rustig hebben we het nog niet gehad wat betreft het verkeer. We missen belijning en er zijn happen uit het asfalt maar we kunnen bijna 30 km naast elkaar blijven fietsen, ook wel eens leuk. In het gebied is een flinke bosbrand geweest. Onduidelijk is of dat gecontroleerd of spontaan is gebeurd.

In DeRidder vinden we vlot de camping. Het is eigenlijk een RV park. De beheerder ziet ons onderweg al fietsen, keert zijn auto om en geeft ons een plaatsje op de camping. Heel aardig. Hij steekt 10 dollar in zijn zak. Geen bonnetje of zo. Hij blij, wij blij. 

Een lange dag

Eddy, de beheerder, is al vroeg op. We zijn nog maar net buiten de tent of hij heeft al weer tijd voor een praatje. Ondertussen maken we vast koffie en pakken de spullen in. Voor het eerst gaat de tent nat de tas in. Niet dat het heeft geregend, maar voor het eerst deze reis hebben we ‘s ochtends dauw. We komen echt in een ander gebied. Nadat we afscheid van Eddy hebben genomen gaan we naar een klein museum in het visitor center van Big Thicket National Preserve. Een interessant park met een grote diversiteit aan planten en dieren. We zitten redelijk ver van de kust, maar ook hier komen al alligators voor, net als een enkele zwarte beer en poema’s. Bijzonder zijn de vleesetende planten.

Vanaf het park is er een fietspad naar Kountze. Het is bijna 12 uur, we zijn nog geen 15 kilometer onderweg en hebben al weer trek. We lunchen bij Mama Jacks, een aanrader van Eddy.

Drie oude dametjes spreken ons aan. Zij denken dat we al gestemd hebben omdat we zo vrolijk zijn. Momenteel kunnen de mensen in Kountze aan zogenaamd ‘early voting’ doen. Traditie is om daarna te gaan eten in Mama Jacks. Als ze horen dat we uit Nederland komen is de volgende vraag of we alle oude mensen euthanaseren. Dat is toch wat anders dan de leus: God, Guns, Trump die we met regelmaat langs de weg zien. Met volle maag gaan we weer verder. De weg is lang en saai. Gelukkig is er een brede vluchtstrook, de auto’s vliegen ons met 120 km/u voorbij. De enig afwisseling is een petrochemisch industrie terrein van Trecora.

Na zestig kilometer zit het er op. Twee kilometer ten noorden van het plaatsje Fred is James’ RV park. Hoewel, er is een leeg veld. En zeker geen RV park. Terug gaan doen we niet, dus dan maar doorfietsen. In de volgende plaatsen Spurger en Mount Union is geen mogelijkheid tot overnachting. Uiteindelijk komen we eind van de dag, na nog eens 40 km aan in Kirbyville. Daar kunnen we terecht in een motel. We hebben ons biertje wel verdiend. Helaas zijn we in Jasper County en dat is een dry county. Dan is de dag wel erg lang.

« Oudere berichten

© 2025 Trap voor trap

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑

Translate »