Fietsen voorbij de horizon

Maand: december 2024 (Pagina 1 van 2)

Koud

Een koudegolf teistert de USA. In Erie is al een meter sneeuw gevallen en ook diep in het zuiden wordt nachtvorst verwacht. Wat ongebruikelijk is voor deze regio. Wij moeten het er maar mee doen. Diep onder uit de tas diepen we wat winterkleding, zoals handschoenen, een lange broek en een buff op. Weken lang hebben we grappen gemaakt over het teveel aan kleding dat we bij ons hebben. Nu is alle kleding welkom. Laag voor laag pakken we ons in, om bij een temperatuur net boven het vriespunt op pad te gaan. De zon schijnt fel en de wind is, zoals gebruikelijk, tegen. Dat maakt het voor het gevoel nog kouder.

De fietstocht start plezierig. We kunnen de koude spieren warm fietsen op de Spanish Moss Trail. Een voormalig spoorbaantraject van 19 kilometer. Mooi om de instructies te zien bij de start van het pad. Overigens is de route gesloten van zonsondergang tot zonsopkomst.

Het had anders een mooie gelegenheid geweest voor de militairen van de Marine Corps Air Station, dat aan het fietspad ligt, om van het fietspad gebruik te maken. Bijvoorbeeld als ze ‘s avonds gaan stappen.

Het is vandaag meer af dan op de US 17. We maken van deze hoofdroute alleen gebruik om wat rivieren over te steken. Daarna slaan we weer af om door bosrijk en waterrijk gebied een tijdje later weer op de US 17 uit te komen. De herfstkleuren zijn prachtig. Het is heerlijk rustig rijden en wel wat kilometers om, maar dat hebben we er voor over.

Het stuk dat we wel op de highway rijden is erbarmelijk slecht. Er lig veel gruis en andere rotzooi wat het fietsen zwaar maakt. Ik vraag me niet af of ik een lekke band krijg, maar wanneer. En jawel, we zijn net afgeslagen naar White Hall Road, en mijn achterwiel begint te zwabberen. Ik pluk drie stukken ijzerdraad uit mijn band. Gelukkig staan we in het zonnetje en is het rustig op deze weg. Dat repareert toch wat aangenamer.

Na het middaguur is de temperatuur wat opgelopen. De eerste laag kleding kan worden afgepeld. We komen aan in Jacksonboro, ergens halverwege Beaufort en Charleston. Er is maar een motel net buiten het dorp. Wat ouderwets, met houten wanden. Er is plaats en de kachel is al voor ons aangezet. Heerlijk.

Vannacht gaat het vriezen. Wij zitten warm en morgen nog maar een extra laagje aan. Ik heb nog een regenpak.

Over heel veel rivieren

Het is weer fris. Vanuit onze motelkamer zitten we binnen 20 meter op de route. En direct steken we de Edisto River over. De vierbaans snelweg zonder vluchtstrook, zelfs geen strookje van 30 centimeter, is geen pretje. Er is niet veel verkeer op de weg. Alle auto’s wijken keurig uit naar de linker baan. Ik ben verbaasd dat er zo weinig auto’s zijn. Ik ben in de veronderstelling dat het maandag is in plaats van zondag. Wel een teken dat de reis mijn hoofd leeg maakt.

Al snel kunnen we van de US 17 af en rijden over de Old Jacksonboro Road het achterland in. De spoorbaan ligt er naast, waar een mega lange goederentrein over heen dendert. En andere kant van de weg zien we weer ondergelopen land en bos. Met een lekker vaartje, vanwege de wind in de rug, schieten we aardig op. We steken de Stono River en een aantal onbekende kreken over. Na ruim 40 kilometer komen we eindelijk bij Rantowles op de US 17 uit. Bij de splitsing is een benzinestation. Bij Cirkel K hebben ze heerlijke verse aardbeien donuts met Colombian coffee. Daar zijn we dan wel aan toe. 

Ook nu is het weer een kilometer of vijf over de snelweg, nu wel met een stukje vluchtstrook van een halve meter. We komen op de West Ashley Greenway, een voormalig spoorbaan dwars door de wetlands  en later door  de buitenwijken van Charleston. Van de wetlands kan ik geen genoeg krijgen. Prachtige vergezichten met sterk stromend water door opkomend of afnemend tij. De vele vogels die er zijn en de leuke steigertjes die de bewoners vanuit hun tuin naar het water hebben.

Via de oude spoorbaan rijden we zo naar de brug over de Ashley River en rijden we het centrum van Charleston in. Eerst over een betonnen fietspad als een soort boardwalk onder een paar viaducten door.

En daarna langs de Low Battery en High Battery. Een wandel promenade langs de historische verdedigingszeewering van de stad.

We komen dan uit bij de pier en hebben een prachtig uitzicht op de baai met daarin Fort Summer en aan de overkant het vliegdekschip Yorktown.

Om een beetje uit te komen met de rustplaatsen gaan we nog een stukje verder. Weer mogen we een brug over, de Arthur Ravenel Jr. Bridge. Dit is echt een hoge van 67 meter over de Cooper River naar Mount Pleasant. De containerschepen kunnen er makkelijk onder door. 

Het is al laat in de middag. We gaan nog een stukje langs de kust, steken twee keer de Conch Creek over. Via een kunststof boardwalk gaan we nog even naar het strand.

Ook komen we twee keer over de Atlantic Intercoastal Waterway. Een stelsel van kanalen en wateren bij de kust van de Atlantische oceaan. Het is bevaarbaar zonder de gevaren van de open zee. En het is ook een prachtige plaats om aan te wonen, maar dat kan niet anders als het Mount Pleasant heet.

Functioneel fietsen

Voordat we vertrekken nemen we afscheid van de ‘meneer van het ontbijt’. Hij heeft voor ons een calorierijk ontbijt gemaakt en bij de wafflemaker mij uitgehoord over onze reis.

De ‘shoulder’ is breed genoeg voor een fiets. Let ook op de rumble-stripes.

Vandaag is het op papier een beetje saaie etappe. We moeten in ieder geval zo’n 100 km afleggen. Een kortere afstand is gezien het ontbreken van slaapgelegenheid niet mogelijk. Beetje functioneel fietsen eigenlijk. Voor het donker wordt van A naar B. We starten op de voor ons bekende hwy 17. Ondanks de maandagochtend is er niet heel veel verkeer. De ‘shoulder’ is breed genoeg voor een fiets. Na 30 km tegen de koude wind in trappen kunnen we er af. We maken een aantal lussen over de back roads waarna we na iedere lus weer een aantal kilometers op de hwy 17 verder fietsen. We slaan een grote lus door het Francis Marion National Forrest over. Dat scheelt 20 kilometer omrijden.

De backroads zijn mooi om op te fietsen. Veel bos wat afgewisseld wordt door wetland en grasland. We zien herfstkleuren en in de berm paddestoelen.

Achter eindeloos lange witte hekken liggen boerderijen, landhuizen of stoeterijen. We zien een aantal aanduidingen van plantages. Deze plantages zijn ‘private’ en gelegen aan de rivier. Vanaf de weg zie je alleen een hek met daarachter een enorme oprit.

We moeten de hwy 17 weer op anders kunnen we niet over twee grote rivieren die heel origineel South Santee River en North Santee River zijn genoemd. Tussen de rivieren ligt een groot stuk wetland, erg mooi.

South Santee River
North Santee River

We hebben bijna 100 km afgelegd wanneer Georgetown in zicht komt. Dat wil zeggen, er steekt een brug hoog boven het wegdek uit. Ik prop eerst nog een paar koekjes naar binnen voordat ik die brug op ga. Na 100 km tegen de wind in trappen zijn de benen niet meer zo soepel. Na de koekjes wordt de hindernis genomen. Vanaf de brug kijk je over Georgetown. Dat is een grauwe bedoeling. Er staan een paar grote staalfabrieken aan het water. Eveneens ligt veel troep langs de weg en zijn er wegwerkzaamheden. Wanneer we daar voorbij zijn, buigt de route af door historic downtown. We rijden door een tunnel van eikenbomen met mooie koloniale huizen aan de straatkant. Maar we zijn te moe om nog foto’s te maken. Eind van de middag zijn we bij het hotel, daar is het heerlijk warm. Het café verder op heeft heerlijke pizza’s en lekker bier. Dat is altijd lekker, zeker na een dagje functioneel fietsen.

Tegenwind

Het heeft licht gevroren vannacht. De daken zijn wit en de wind komt krachtig uit het noorden. De gevoelstemperatuur is -5 graden. We pakken ons dik in. We rijden het hotel terrein af en Ariane roept dat ze een lekke band heeft. In de kou staan blauwbekken heeft geen zin. We halen het sleutelpasje van het hotel weer op en maken nog een tijdje gebruik van de kamer. Met zoveel kleding aan, als een opgestopte kalkoen, plof ik haast uit elkaar. Eerst de kleding maar uit en dan aan het werk. De schuldige van de lekke band is weer een stukje ijzerdraad. Dit keer zo verborgen in de buitenband dat deze niet is te verwijderen. ik doe de reserve buitenband om de velg. Het is een gravelband. Kijken hoe dat gaat.

Vanaf het hotel mogen we meteen de brug op, over de Pee Dee River. Door de hoogte van de brug zien we niet dat er achter een nog hogere brug ligt die over Waccamaw River gaat. Er staat een straffe wind boven op de brug en de reling is niet hoog. Ik houd stuur maar met beide handen vast tot ik van de brug af ben. We zijn dan op de schiereilanden tussen de Atlantic Intercoastal Waterway en de Atlantische Oceaan. Dit is een groot vakantieparadijs. Eerst komen we langs vier golfbanen, zoals de Heritage Club. Golfen is hier overigens geen ongevaarlijke sport.

Langs al deze banen ligt een fantastisch geasfalteerd fietspad. Prima om te fietsen. Totdat we er achter komen dat het niet voor ons is bedoeld. Het is een rijbaan voor golfkarretje of ‘carts’ zoals ze die hier noemen.

Even later komen we op het echte fietspad, wat verboden is voor carts. Die kunnen er ook niet rijden. De boomwortels hebben het asfalt flink omhoog gedrukt. Ik wil dat ik een fully bij me heb.

We passeren weer veel private woonwijken, sommige afgesloten, andere nog wel toegankelijk. Ook weer met fraaie namen als Blue Haven, Temptation Plantation of Avian Forest. Dat is wel sjiek wonen.

We doen weer een stukje US 17 en passeren plaatsen als Murrells Inlet, Garden City Beach en Surfsite Beach. De plaatsjes lopen in elkaar over. Alleen aan de staat van het asfalt en de ruimte die er voor fietsers is merk je de overgang van de dorpsgrens. Als we Myrtle Beach bereiken kunnen we af slaan naar Sunset Boulevard. De stad is wel vijftien kilometer lang.

Sunset Boulevard

De hele kust is volgebouwd met vakantieappartementen. Veel staat te huur. Er is een permanente kermis die dicht is.

We zien bijna geen mensen op straat. De zon schijn, maar de koude wind maakt het onaangenaam om buiten te zijn. Het maakt zo een troosteloze indruk, maar dat hebben we bij Scheveningen in de regen ook wel gezien. Bijzonder is wel dat bijna om de honderd meter een opgang is naar het strand. Deze is vrij toegankelijk. We nemen even een kijkje. Ook daar is niemand te zien.

De wind heeft alle energie uit het lijf gewaaid. We stoppen er vroeg mee. Morgen nog een dagje met tegenwind.

Friends

Sunset Beach is het doel van onze rit. Daar wonen vrienden die we gaan opzoeken. We zijn uitgenodigd om daar te logeren en we kijken er erg naar uit om hen weer te zien.

Vanuit Myrtle Beach is het ongeveer 50 km fietsen. We hebben heerlijk de wind in de rug en de zon schijnt. Dat fietst prima. De route voert ons door de buitenwijken van Myrtle Beach, vervolgens door Atlantic Beach en North Myrtle Beach. We zien de prachtigste strandhuizen, maar vooral heel veel hotels, appartementen en villa’s. Al of niet met zwembaden, casino’s, midgetgolf banen, beach stores of restaurants.

Het is een aaneenschakeling van amusement alleen in het huidige laagseizoen is er bijna niemand te bekennen. We drinken koffie in downtown North Myrtle Beach. Daar worden we aangesproken door Robbie.

Die blijkt ook lange fietstochten te hebben gemaakt. We delen verhalen. Hij woont in Asheville, in North Carolina. Deze plaats en omgeving is het zwaarst getroffen door de orkaan Helene van september j.l. Over de gevolgen en geleden schade heeft hij veel te vertellen. Indrukwekkend. We passeren de grens van North Carolina. De laatste staat van onze fietsreis.

Vlak voordat we op onze bestemming zijn stuiten we (weer) op een wegblokkade. De brug over de Intercostal Waterway ligt er uit. Gelukkig is er Google. Deze wijst ons een andere weg door een golfresort met nog grotere villa’s dan die we eerder zagen. We hebben nog steeds mazzel met onze ‘tailwind’ dus de extra tien kilometer fietsen gaat soepel.

Het is erg leuk om onze vrienden Greg en Jerri weer te zien en ook hun mooie huis aan de waterway. Eerst maar even de fiets uit proberen. Het zadel is wel erg hard.

Met onze vrienden maken we een strandwandeling naar de Kindred Spirit Mailbox. Een brievenbus ergens op het strand van Birds Island. Wat een prachtig idee. Het strand is verlaten wat wel een bijzonder beeld is. De lucht is prachtig door de ondergaande zon. We laten onze boodschap achter in de mailbox.

Net voordat het donker wordt zijn we weer terug bij hun huis. Dan is het tijd voor lekker eten en verder bijkletsen. Thats where friends are for.

Weersomslag

Reden we de afgelopen dagen dik ingepakt tegen de kou, nu kan de ene laag na de andere uit. Het is korte broeken weer. Daarbij waait de wind met kracht (4 – 6 bft) uit het westen. We zijn wat later op weg. We nemen voorlopig afscheid van Greg en Jerri. Over twee weken zien we ze weer. Dat komt goed uit want met de huidige temperaturen – het blijft maar een dag warm – zit kamperen er niet meer in. Alle kampeerspullen laten we bij hen achter. Die zien we over twee weken wel weer terug. De fietsen zijn een stuk lichter. Dat helpt als we binnen een paar dagen over de heuvels van Noord Carolina gaan fietsen. Die paar kilo er af scheelt nu al als we richting Cape Fear rijden. Het stuurt net wat makkelijker. We passeren Ocean Isle Beach en Shallotte en houden een lekker tempo aan. Vanaf Shallotte komen we weer op de bekende US 17, nu met voldoende ruimte voor een fietser.

Als we halverwege onze rit van vandaag zijn slaan we bij Supply af op route 211. Cape Fear, of eigenlijk Fort Fisher wordt wat te ver. Daarvoor moeten we met de ferry de Intercoastal Waterway oversteken. Een tochtje van 35 minuten. We besluiten naar Southport te gaan. Dat ligt een paar kilometer voor de ferryhaven. Hwy 221 gaat over een lengte van bijna 30 kilometer kaarsrecht naar Southport toe. Ik moet er niet aan denken als we wind tegen hadden gehad, maar nu is het voor ons gevoel laagvliegen.

Strava houdt keurig bij dat we gemiddeld 17 km/u rijden. Vandaag is de ‘Athlete Intelligence’ zelfs enthousiast. Ik ben goed op dreef, volgens het apparaat, met een gemiddelde van 21,5 km/u. Zo intelligent is dat ook weer niet als er geen rekening wordt gehouden met de wind.

Omdat we zo snel in Southport zijn kunnen we nog even een kijkje nemen in het historische gedeelte. Er is een oude boardwalk, we mijmeren wat op een schommelbank aan de kust en we bezoeken een heuse kerstfeestwinkel. Voor een beetje gevulde kerstboom ben je al snel een maand pensioen kwijt. Gelukkig kunnen we op de fiets geen extra spullen meenemen. Het pensioen houden we in de zak.

De weersverandering houdt aan. Morgen draait de wind naar het noorden en wordt het weer koud. De extra lagen kleding kunnen weer aan en het wordt ouderwets tegen de wind in buffelen.

Handschoenen

Het is koud als we weg rijden. Op de weersite heeft men het over een gevoelstemperatuur van -6 C. Dat is te merken. We hebben de wind tegen en die is erg koud. De laagjes doen hun werk, alleen de handen blijven erg koud.

We hebben ingezet op de ferry van 9.15 uur. Deze brengt ons van Southport naar Fort Fisher over de Cape Fear River. We zijn mooi op tijd. We zitten maar met een paar auto’s op de boot. De bemanning loopt rond in een warme parka, wanten en muts met oorkleppen. Ze lachen ons toe en roepen dat we de verkeerde kant op fietsen. We rijden naar de kou in plaats van het warme Zuiden. Gelukkig is er op de boot een passengers lounge waar het heerlijk warm is en waar je mooi uitzicht hebt. De handen warmen weer op en we hebben geen enkele behoefte om aan het dek foto’s te gaan maken. Na 35 minuten fietsen we de vaste wal weer op. We komen langs het voormalige Fort Fisher, een bolwerk van de Confederate. Er is een monument wat eigenlijk omstreden is. Kan dat nog wel in deze tijd?

Verder is er niet veel meer te zien dan een mooie kustlijn. We fietsen langs de Atlantisch kust naar het Noorden. Het is de laatste keer deze reis dat we de oceaan zien. Vanaf morgen gaan we landinwaarts. Daar is het nog kouder dan aan de kust.

Bij Carolina Beach staan weer rijen met prachtige strandhuizen. Er wordt wat afgebouwd langs de kust! Maar niet alleen langs de kust maar ook langs de Intracoastal Waterway/Cape Fear River staan veel woningen. Allen met een eigen steiger naar het water. De minder bedeelden moeten het doen met een twee-onder-een-kap of in een ‘rijtje’ We vinden het een mooi gezicht maar zijn ook wat ‘verzadigd’ en vinden het te koud voor een fotostop. Inmiddels hebben we een doel voor de dag. Zodra we iets van een Walmart zien, gaan we op jacht naar ski- of jacht handschoenen of zo. In ieder geval warmere dan die we nu hebben. De route voert ons echter over backroads. Op zich houden wij daar van en ze rijden lekker rustig, alleen zien we geen winkels. Zelfs geen tankstation voor warme koffie.

Via het haven- en industrie terrein rijden we Wilmington in. De stad is langgerekt en we rijden zo’n 15 km door de stad voordat we bij het motel zijn. Daar zit een stugge Indiër achter de balie die ons nog niet toelaat. We zijn een uur te vroeg voor de inchecktijd. We zien op Google dat er een Walmart in de buurt is. Na een uur zijn we weer terug bij ons motel, maar nu een set heerlijk warme handschoenen rijker. Morgen geen verkleumde vingers meer en gaan we weer voor de plaatjes.

Landinwaarts

De Atlantische kust houden we voor gezien. We hebben twee secties van de Atlantic Coast Route gereden tussen Saint Augustine en Wilmington. Als we door zouden gaan komen we op bekend terrein. In 2017 hebben we als test voor een langere fietstocht de twee noordelijk gelegen secties gefietst van Washington DC naar de Outer Banks. In North Carolina ligt een netwerk van lange afstand fietsroutes. Wij rijden route nummer 5, de Cape Fear Run. Deze loopt grofweg evenwijdig aan de Cape Fear River naar Apex in de buurt van Raleigh.

Vanuit Wilmington steken via de Isabel Stellings Holmes Bridge de Northeast Cape Fear River over. Er is net een hardlooptocht aan de gang, waarschijnlijk een Christmas-run. De politie heeft een rijbaan afgezet en voor ons is het makkelijk de brug over rijden. Daarna slaan we af naar hwy 421. Een lange vierbaans autoweg met zeldzaam weinig verkeer op zaterdagochtend. Aan de weg staan uitsluitend bedrijfsgebouwen. Volgens de kaart heet het hier Cape Fear. Bedrijfsgebouwen langs de weg betekent rotzooi op de weg. En jawel, ook weer een lekke band. Dit keer is de oorzaak een metalen nietje.

Het is nog vroeg en de nieuwe handschoenen doen hun werk goed. Nu staan we weer te blauwbekken langs de kant van de weg. We hebben zo langzamerhand routine opgebouwd in het verwisselen van banden. Dus we zijn weer snel op weg en kunnen ons weer warm trappen. Als de industriële bebouwing ophoud komen we tussen de bossen. Al snel slaan we af naar een rustige tweebaans weg, Blueberry Rd. We komen uit bij Moores Creek National Battlefield. Een slagveld waar de eerste overwinning van de Patriots op de Loyalisten heeft plaatsgevonden in 1776. Vandaag is er een speciale kerstviering.

Daarna hebben we nog een afslag naar hwy 53 en kunnen we aan een stuk door fietsen naar onze bestemming White Lake.

Af en toe zien we de rivier, maar het is voornamelijk bos wat we zien. Waar we gras zien is het opvallend dat het allemaal bruin en dor is. De hoge temperaturen en de langdurige droogte is hiervan de oorzaak.

In het bosrijke gebied komen we af en toe een huis of een boerderij tegen. Maar wanneer we White Lake bereiken, een residential resort community, zien we tot onze verrassing dat het rond het meer vol staat met vakantiehuisjes en RV’s. Net als aan de kust is het uitgestorven.

Gelukkig is er nog een motel open en de plaatselijke pizzeria is blij dat ze een pizza kunnen bezorgen.

Uitzicht vanuit het motel.

Gewoon lekker fietsen

Vannacht heeft het nog een beetje gevroren maar het belooft een stuk warmer te worden. Vandaag staat Fayetteville als eindbestemming gepland. Dat is, uitgerekend door Google, 64 kilometer rijden. Geen spectaculaire rit merken we, maar wel mooi. We rijden over zeer rustige backroads en volgen nog steeds route 5. Af en toe komt er een auto langs. We kunnen grotendeels naast elkaar fietsen. Dat is wel zo gezellig. Eekhoorntjes wagen hun leven bij het oversteken en verder zien we heel veel dennenbomen ofwel pine trees. Dit is voornamelijk productiehout.

We komen langs de velden waar gerooid is, een triest gezicht.

We zien ons eerste terrein met zonnepanelen.

De kerstversiering langs de weg is uitbundig, de golfbaan ligt er dor bij en er is weinig kans op een bosbrand.

Meer hoogtepunten kunnen we niet ontdekken. Het is gewoon lekker fietsen. Het wordt warmer, de laagjes kleding gaan geleidelijk uit en we rijden weer in de korte broek. Bij een tankstation klappen we onze stoeltjes uit en op de parkeerplaats drinken we in de zon en uit de wind een bak koffie. Het voelt als wintersport. 

Na inderdaad precies 64 km zijn we om 14 uur al in Fayetteville. Tijd genoeg voor sightseeing, wandelen of shoppen. Het motel bevindt zich echter in ‘the middle of nothing’ behalve wat eettenten, tankstations en andere hotels. We tellen 15 hotels op een afstand van 2 km. Niet te bevatten wat die hier allemaal doen. Waarschijnlijk is het de ligging, de I-95 is nabij.

We maken een wandelingetje langs de hotels en tankstations en de rest van de middag lees ik mijn boek en houdt Johan de reisstatistieken bij. Vandaag zijn we de grens van 4000 km op de fiets gepasseerd. Morgen gaan we gewoon weer lekker verder.

Slag om Averasboro

Weather Channel heeft het er maar druk mee. Geen dag is het weer hetzelfde. Vanochtend valt er regen, als het ontbijt achter de kiezen is zou het droog zijn. De voorspellers zitten er wel vaker naast, zo ook nu weer. We wachten een half uurtje en besluiten toch maar te vertrekken. We moeten verder fietsen dan gepland.

Op Booking hadden we een mooi vakantiehuis gevonden in Angier, dat net was gepubliceerd op de site. Verder is er geen enkele accommodatie in Angier. De prijs was gunstig. Gisterenavond kregen we bericht van een wijziging door de verhuurder. De prijs was aangepast naar $ 400. Ik gaf aan dat we een contract hadden afgesloten voor een veel lagere prijs. Als antwoord kreeg ik te horen dat we niet welkom zijn. En bedankt. 

Dat wordt dus verder fietsen. Na een uur houdt de regen op. Het blijft zwaar bewolkt en we hebben heerlijk de wind in de rug.

We rijden over de North Carolina Civil War Trails en komen bij een open terrein aan met aan de ene kant de Cape Fear River en de andere kant de Black River. De noord- en zuidkant worden afgebakend door bossen. Aan de rand van het bos staat een gebouw van de John Smith Plantation.

Op het open veld is de slag van Averasboro uitgevochten. In twee dagen tijd vielen er ruim 1500 doden en beide partijen zijn er niets mee opgeschoten. De Plantation deed dienst als noodhospitaal. Het bijbehorende museum is gesloten. Het is maandag, en dan weten we het wel.

Omdat we laat zijn vertrokken fietsen we flink door. We komen door Angier maar het heeft geen zin om verhaal te gaan houden bij de verhuurder van het vakantiehuis.

Het wordt al donker als we in Fuquay Varina aankomen. Dat is mooi op tijd.

« Oudere berichten

© 2025 Trap voor trap

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑

Translate »