Fietsen voorbij de horizon

Auteur: admin (Pagina 1 van 18)

In 80 dagen door Amerika

Het zit er op. Een reis van 80 dagen van de westkust naar de oostkust door Amerika heeft ons uiteindelijk bij onze familie gebracht. De laatste rit van Archdale naar Thomasville is om af te kicken. Nog even het gevoel ervaren van opstaan, ontbijten, wat zal ik aantrekken, inpakken en op de fiets klimmen naar een nieuwe onbekende bestemming.

Na 80 dagen lijkt het haast routine, maar leven bij de dag brengt altijd onverwachte zaken. Weersvoorspellingen zijn niet accuraat en lange termijn voorspellingen al helemaal niet. Zeker als het ons niet goed uit komt. Het weer is wel bepalend voor onze reis geweest. Na zes dagen de majeure beslissing nemen om niet verder door de Mohave woestijn te fietsen, vanwege de hitte, was een grote teleurstelling. Maar toen we bij 45 graden ergens in die grote zandbak stonden, zonder een sterveling of voorziening te zien, konden we alleen maar vaststellen dat het een goed besluit was. Fietsen, en zeker lange afstand fietsen is ontzettend leuk, maar onze veiligheid en gezondheid gaan voor. 

Het alternatief werkte goed. Met de auto hebben we, tot we uit de hitte waren, het deel van de fietsroute naar Austin gereden. Daarbij hebben we de mogelijkheid gehad om ook nog hoogtepunten te bezoeken die buiten de route lagen zoals de Gila Cliff Dwellings en Big Band National Park.

Ineens hadden we tijd zat. We lagen weken voor op ons schema en konden ‘op ons gemak’ door de Southern States rijden. We hadden gekozen om van west naar oost te rijden. De eerste reden is dat we de vorige keer van oost naar west zijn getrokken. Deze keer dus andersom. De tweede reden is dat de wind in het zuiden van de Verenigde Staten meestal uit het westen komt. Zoals ik al aangaf is het weer alles bepalend. Op een enkele dag na hebben we al die weken tot in Florida wind tegen gehad. Dat beïnvloedde de dagelijkse afstand. Daaraan tegen zijn we maar een paar keer nat geworden van de regen, terwijl een fietsgroep die twee dagen achter ons aankwam weken in de regen heeft gereden.

Het onverwachte en de ontmoetingen blijven het leukste van de reis. Een alligator die de weg blokkeert blijft zeker in de herinnering, net als een omsingeling door een groep agenten als we verdacht worden van een inbraak of een begroeting door de burgemeester van Bunkie.

Wat zeker bij zal blijven is alle rotzooi op de weg. Niemand voelt zich geroepen om het op te ruimen, maar er lijkt ook nauwelijks besef dat je niet alles uit het raam moet gooien onderweg. Daardoor wordt de fietsruimte op de highways nog beperkter dan die al is. En het levert de nodige lekke banden op. Het is opvallend dat de infrastructuur voor fietsers toeneemt. Er zijn meer rijwielbanen dan vijf jaar geleden.

Oorspronkelijk was het plan om aan het einde van de Southern Tier met een gehuurde auto van Saint Augustine naar Thomasville te rijden om onze familie te bezoeken. Omdat we zover voor lagen op het reisschema hebben we het plan maar aangepast. We hadden tijd over om op de fiets naar Thomasville te gaan en bijkomend voordeel was dat we ook nog twee stel vrienden konden bezoeken. Het maakt eigenlijk niet uit dat we de auto aan het begin van de reis hebben gehuurd. Nu hoeft het niet aan het eind van de reis.

De reis langs de Atlantische kust was een onverwacht toetje. De steden aan de kust zijn door hun historie gewoon anders dan de doorsnee Amerikaanse steden en de wetlands zijn fantastisch om door te fietsen. Ook reden we over meer back roads dan op de Southern Tier, wat aangenamer fietsen is. Het laatste stukje vanaf de oceaan naar halverwege de bergen is nog even afzien. We voegen nog flink wat hoogtemeters toe aan ons totaal.

Het is het allemaal meer dan waard geweest om deze reis te maken en fantastisch om met de fiets aan te komen bij onze familie. Na 80 dagen zit de reis er op. Niet zoals bij Jules Verne rond de hele wereld, maar we hebben wel een aardig stukje afgelegd van coast to coast.

Sea to Mountains

Het weerkanaal heeft gelijk gekregen. De regenbuien zijn weggetrokken. Het heeft vannacht een beetje gevroren. Als we weg rijden is het 1 graad, de zon schijnt stralend en uiteraard is de wind tegen. We ‘moeten’ vandaag weer een aardig eind om het volgende hotel te bereiken. Wanneer we Main Street uitrijden pikken we de NC 2 weer op en komen we op Old Greensboro Road. Dat betekent 40 km rechtdoor fietsen. We krijgen ook direct de eerste heuvels voor de kiezen. Het gaat met een procent of tien op en neer. Mijn spieren protesteren want die zijn nog koud. Ook is het ontbijt nog niet helemaal verteerd. Ik heb me weer volgepropt met eieren, aardappeltjes en wafels. Na 10 km ploeteren vrees ik de 80 die nog gaan komen. De NC 2 heeft als naam Mountains to Sea. Misschien was het beter geweest om deze route andersom te rijden. 

Het blijft de hele dag zwaar fietsen, de heuvels hebben een onregelmatig stijgingspercentage waardoor ik niet in mijn ritme kom. De hoogtemeters, tegenwind en kou maken het een pittige tocht. 

De mooie omgeving compenseert veel. Het is niet spectaculair maar gewoon mooi landelijk, met wat vee en een niet geoogst katoenveld. Er is weinig verkeer en de weg is goed befietsbaar.

We slaan af naar de hwy 62, die brengt ons rechtstreeks tot aan het hotel in Archdale. Voor vandaag is dat ver genoeg. De zon staat al laag en het wordt rond 17.30 uur donker.

Al met al hebben we 90 km gereden. Eveneens hebben we 816 hoogtemeters gedaan op een dag en dat is zowaar een nieuw record tijdens onze reis. Morgen nog een klein stukje verder richting de mountains.

Pittig buitje

De weersvoorspellingen zijn niet goed. Meestal kloppen ze niet, maar nu wel. Het regent en dat blijft het de hele dag doen. Uiteindelijk is er 74 mm gevallen. Eerst maar ontbijten met Ed en Carol. Goed gevuld trekken we de regenkleding aan. Ed wil ons wel wegbrengen met zijn pick-up truck. Dat is onze eer te na. 

We hebben de route bepaald aan de hand van Google maps en met de gps. Ze geven een verschil van 15 kilometer aan. Vlak na het vertrek rijden we Raleigh uit via de Reedy Creek Trail. Direct beklimmen we de eerste heuvels van de dag, terwijl het water naar beneden stroomt.

Ineens houdt het pad op en zijn we weer aangewezen op de openbare weg. Inmiddels is de gps aardig van slag en wijst ons de verkeerde kant op. Na de instellingen te hebben gewijzigd gaat het beter en komen we op fietsroute NC 2 uit. Ondertussen gaat het van gewoon regenen naar heel hard regenen. Het is 18 graden en we blijven warm. Doorfietsen is het motto. Zodra we stilstaan beginnen we af te koelen. Langs de weg stroomt het water door de geulen in enorme hoeveelheden naar beneden. In een dal tussen twee heuvels rijden de auto al stapvoets door het water, en wij ook. We houden een goed tempo aan. Dat heeft een reden. Achter de regenbuien komt een koufront aan. ‘s Middag begint de temperatuur te dalen en vannacht is het rond het vriespunt. Wel raar om zo een temperatuur curve te zien. Hoe eerder we op de bestemming zijn hoe minder koud het is. Kleddernat loop ik ver voor inchecktijd de receptie van het hotel in. Het is geen enkel probleem om eerder op de kamer terecht te kunnen. Als de manager hoort waar we overal gefietst hebben heeft hij het idee twee celebrity’s in huis te hebben. Morgen is het droog. Dan komen de handschoenen weer tevoorschijn.

Kort ritje

We gaan op bezoek bij onze vrienden Ed en Carol in Raleigh. We maken geen gebruik meer van de North Carolina fietsroute. Met behulp van google maps en de gps zoeken we onze weg naar het noorden. Het is mistig, daardoor starten we later in de ochtend. Ongelooflijk, na de afgelopen koude dagen, maar het is vandaag 20 graden. Het kledingadvies is weer aangepast naar korte broek. De heuvels nemen toe in aantal en hoogte. Het scheelt wel met klimmen nu we onze kampeerspullen niet bij ons hebben. Het landschap heeft veel weg uit de film The Firm met Tom Cruise, herfstig met kronkelige wegen door een bosrijk landschap. Bij Lake Wheeler Park slaan we af om even een kijkje te nemen bij het stuwmeer. Daar komen we niet aan toe, want Ariane heeft een lekke band. Gelukkig staan we in het park lekker rustig voor de reparatie. Oorzaak blijft onbekend.

Geleidelijk aan rijden we Raleigh (doet me denken aan een bekend fietsmerk uit het verleden) binnen. Het is de hoofdstad van North Carolina. Het heeft drie universiteiten en is ruim opgezet. Al met al is het er prettig wonen, mits er wat minder heuvels zouden zijn.

Vroeg in de middag komen we aan bij Ed en Carol. Behalve de lekke band hebben we geen gekkigheid, zoals geblokkeerde bruggen, ondervonden onderweg. Het is bij een kort ritje gebleven.

Slag om Averasboro

Weather Channel heeft het er maar druk mee. Geen dag is het weer hetzelfde. Vanochtend valt er regen, als het ontbijt achter de kiezen is zou het droog zijn. De voorspellers zitten er wel vaker naast, zo ook nu weer. We wachten een half uurtje en besluiten toch maar te vertrekken. We moeten verder fietsen dan gepland.

Op Booking hadden we een mooi vakantiehuis gevonden in Angier, dat net was gepubliceerd op de site. Verder is er geen enkele accommodatie in Angier. De prijs was gunstig. Gisterenavond kregen we bericht van een wijziging door de verhuurder. De prijs was aangepast naar $ 400. Ik gaf aan dat we een contract hadden afgesloten voor een veel lagere prijs. Als antwoord kreeg ik te horen dat we niet welkom zijn. En bedankt. 

Dat wordt dus verder fietsen. Na een uur houdt de regen op. Het blijft zwaar bewolkt en we hebben heerlijk de wind in de rug.

We rijden over de North Carolina Civil War Trails en komen bij een open terrein aan met aan de ene kant de Cape Fear River en de andere kant de Black River. De noord- en zuidkant worden afgebakend door bossen. Aan de rand van het bos staat een gebouw van de John Smith Plantation.

Op het open veld is de slag van Averasboro uitgevochten. In twee dagen tijd vielen er ruim 1500 doden en beide partijen zijn er niets mee opgeschoten. De Plantation deed dienst als noodhospitaal. Het bijbehorende museum is gesloten. Het is maandag, en dan weten we het wel.

Omdat we laat zijn vertrokken fietsen we flink door. We komen door Angier maar het heeft geen zin om verhaal te gaan houden bij de verhuurder van het vakantiehuis.

Het wordt al donker als we in Fuquay Varina aankomen. Dat is mooi op tijd.

Gewoon lekker fietsen

Vannacht heeft het nog een beetje gevroren maar het belooft een stuk warmer te worden. Vandaag staat Fayetteville als eindbestemming gepland. Dat is, uitgerekend door Google, 64 kilometer rijden. Geen spectaculaire rit merken we, maar wel mooi. We rijden over zeer rustige backroads en volgen nog steeds route 5. Af en toe komt er een auto langs. We kunnen grotendeels naast elkaar fietsen. Dat is wel zo gezellig. Eekhoorntjes wagen hun leven bij het oversteken en verder zien we heel veel dennenbomen ofwel pine trees. Dit is voornamelijk productiehout.

We komen langs de velden waar gerooid is, een triest gezicht.

We zien ons eerste terrein met zonnepanelen.

De kerstversiering langs de weg is uitbundig, de golfbaan ligt er dor bij en er is weinig kans op een bosbrand.

Meer hoogtepunten kunnen we niet ontdekken. Het is gewoon lekker fietsen. Het wordt warmer, de laagjes kleding gaan geleidelijk uit en we rijden weer in de korte broek. Bij een tankstation klappen we onze stoeltjes uit en op de parkeerplaats drinken we in de zon en uit de wind een bak koffie. Het voelt als wintersport. 

Na inderdaad precies 64 km zijn we om 14 uur al in Fayetteville. Tijd genoeg voor sightseeing, wandelen of shoppen. Het motel bevindt zich echter in ‘the middle of nothing’ behalve wat eettenten, tankstations en andere hotels. We tellen 15 hotels op een afstand van 2 km. Niet te bevatten wat die hier allemaal doen. Waarschijnlijk is het de ligging, de I-95 is nabij.

We maken een wandelingetje langs de hotels en tankstations en de rest van de middag lees ik mijn boek en houdt Johan de reisstatistieken bij. Vandaag zijn we de grens van 4000 km op de fiets gepasseerd. Morgen gaan we gewoon weer lekker verder.

Landinwaarts

De Atlantische kust houden we voor gezien. We hebben twee secties van de Atlantic Coast Route gereden tussen Saint Augustine en Wilmington. Als we door zouden gaan komen we op bekend terrein. In 2017 hebben we als test voor een langere fietstocht de twee noordelijk gelegen secties gefietst van Washington DC naar de Outer Banks. In North Carolina ligt een netwerk van lange afstand fietsroutes. Wij rijden route nummer 5, de Cape Fear Run. Deze loopt grofweg evenwijdig aan de Cape Fear River naar Apex in de buurt van Raleigh.

Vanuit Wilmington steken via de Isabel Stellings Holmes Bridge de Northeast Cape Fear River over. Er is net een hardlooptocht aan de gang, waarschijnlijk een Christmas-run. De politie heeft een rijbaan afgezet en voor ons is het makkelijk de brug over rijden. Daarna slaan we af naar hwy 421. Een lange vierbaans autoweg met zeldzaam weinig verkeer op zaterdagochtend. Aan de weg staan uitsluitend bedrijfsgebouwen. Volgens de kaart heet het hier Cape Fear. Bedrijfsgebouwen langs de weg betekent rotzooi op de weg. En jawel, ook weer een lekke band. Dit keer is de oorzaak een metalen nietje.

Het is nog vroeg en de nieuwe handschoenen doen hun werk goed. Nu staan we weer te blauwbekken langs de kant van de weg. We hebben zo langzamerhand routine opgebouwd in het verwisselen van banden. Dus we zijn weer snel op weg en kunnen ons weer warm trappen. Als de industriële bebouwing ophoud komen we tussen de bossen. Al snel slaan we af naar een rustige tweebaans weg, Blueberry Rd. We komen uit bij Moores Creek National Battlefield. Een slagveld waar de eerste overwinning van de Patriots op de Loyalisten heeft plaatsgevonden in 1776. Vandaag is er een speciale kerstviering.

Daarna hebben we nog een afslag naar hwy 53 en kunnen we aan een stuk door fietsen naar onze bestemming White Lake.

Af en toe zien we de rivier, maar het is voornamelijk bos wat we zien. Waar we gras zien is het opvallend dat het allemaal bruin en dor is. De hoge temperaturen en de langdurige droogte is hiervan de oorzaak.

In het bosrijke gebied komen we af en toe een huis of een boerderij tegen. Maar wanneer we White Lake bereiken, een residential resort community, zien we tot onze verrassing dat het rond het meer vol staat met vakantiehuisjes en RV’s. Net als aan de kust is het uitgestorven.

Gelukkig is er nog een motel open en de plaatselijke pizzeria is blij dat ze een pizza kunnen bezorgen.

Uitzicht vanuit het motel.

Handschoenen

Het is koud als we weg rijden. Op de weersite heeft men het over een gevoelstemperatuur van -6 C. Dat is te merken. We hebben de wind tegen en die is erg koud. De laagjes doen hun werk, alleen de handen blijven erg koud.

We hebben ingezet op de ferry van 9.15 uur. Deze brengt ons van Southport naar Fort Fisher over de Cape Fear River. We zijn mooi op tijd. We zitten maar met een paar auto’s op de boot. De bemanning loopt rond in een warme parka, wanten en muts met oorkleppen. Ze lachen ons toe en roepen dat we de verkeerde kant op fietsen. We rijden naar de kou in plaats van het warme Zuiden. Gelukkig is er op de boot een passengers lounge waar het heerlijk warm is en waar je mooi uitzicht hebt. De handen warmen weer op en we hebben geen enkele behoefte om aan het dek foto’s te gaan maken. Na 35 minuten fietsen we de vaste wal weer op. We komen langs het voormalige Fort Fisher, een bolwerk van de Confederate. Er is een monument wat eigenlijk omstreden is. Kan dat nog wel in deze tijd?

Verder is er niet veel meer te zien dan een mooie kustlijn. We fietsen langs de Atlantisch kust naar het Noorden. Het is de laatste keer deze reis dat we de oceaan zien. Vanaf morgen gaan we landinwaarts. Daar is het nog kouder dan aan de kust.

Bij Carolina Beach staan weer rijen met prachtige strandhuizen. Er wordt wat afgebouwd langs de kust! Maar niet alleen langs de kust maar ook langs de Intracoastal Waterway/Cape Fear River staan veel woningen. Allen met een eigen steiger naar het water. De minder bedeelden moeten het doen met een twee-onder-een-kap of in een ‘rijtje’ We vinden het een mooi gezicht maar zijn ook wat ‘verzadigd’ en vinden het te koud voor een fotostop. Inmiddels hebben we een doel voor de dag. Zodra we iets van een Walmart zien, gaan we op jacht naar ski- of jacht handschoenen of zo. In ieder geval warmere dan die we nu hebben. De route voert ons echter over backroads. Op zich houden wij daar van en ze rijden lekker rustig, alleen zien we geen winkels. Zelfs geen tankstation voor warme koffie.

Via het haven- en industrie terrein rijden we Wilmington in. De stad is langgerekt en we rijden zo’n 15 km door de stad voordat we bij het motel zijn. Daar zit een stugge Indiër achter de balie die ons nog niet toelaat. We zijn een uur te vroeg voor de inchecktijd. We zien op Google dat er een Walmart in de buurt is. Na een uur zijn we weer terug bij ons motel, maar nu een set heerlijk warme handschoenen rijker. Morgen geen verkleumde vingers meer en gaan we weer voor de plaatjes.

Weersomslag

Reden we de afgelopen dagen dik ingepakt tegen de kou, nu kan de ene laag na de andere uit. Het is korte broeken weer. Daarbij waait de wind met kracht (4 – 6 bft) uit het westen. We zijn wat later op weg. We nemen voorlopig afscheid van Greg en Jerri. Over twee weken zien we ze weer. Dat komt goed uit want met de huidige temperaturen – het blijft maar een dag warm – zit kamperen er niet meer in. Alle kampeerspullen laten we bij hen achter. Die zien we over twee weken wel weer terug. De fietsen zijn een stuk lichter. Dat helpt als we binnen een paar dagen over de heuvels van Noord Carolina gaan fietsen. Die paar kilo er af scheelt nu al als we richting Cape Fear rijden. Het stuurt net wat makkelijker. We passeren Ocean Isle Beach en Shallotte en houden een lekker tempo aan. Vanaf Shallotte komen we weer op de bekende US 17, nu met voldoende ruimte voor een fietser.

Als we halverwege onze rit van vandaag zijn slaan we bij Supply af op route 211. Cape Fear, of eigenlijk Fort Fisher wordt wat te ver. Daarvoor moeten we met de ferry de Intercoastal Waterway oversteken. Een tochtje van 35 minuten. We besluiten naar Southport te gaan. Dat ligt een paar kilometer voor de ferryhaven. Hwy 221 gaat over een lengte van bijna 30 kilometer kaarsrecht naar Southport toe. Ik moet er niet aan denken als we wind tegen hadden gehad, maar nu is het voor ons gevoel laagvliegen.

Strava houdt keurig bij dat we gemiddeld 17 km/u rijden. Vandaag is de ‘Athlete Intelligence’ zelfs enthousiast. Ik ben goed op dreef, volgens het apparaat, met een gemiddelde van 21,5 km/u. Zo intelligent is dat ook weer niet als er geen rekening wordt gehouden met de wind.

Omdat we zo snel in Southport zijn kunnen we nog even een kijkje nemen in het historische gedeelte. Er is een oude boardwalk, we mijmeren wat op een schommelbank aan de kust en we bezoeken een heuse kerstfeestwinkel. Voor een beetje gevulde kerstboom ben je al snel een maand pensioen kwijt. Gelukkig kunnen we op de fiets geen extra spullen meenemen. Het pensioen houden we in de zak.

De weersverandering houdt aan. Morgen draait de wind naar het noorden en wordt het weer koud. De extra lagen kleding kunnen weer aan en het wordt ouderwets tegen de wind in buffelen.

Friends

Sunset Beach is het doel van onze rit. Daar wonen vrienden die we gaan opzoeken. We zijn uitgenodigd om daar te logeren en we kijken er erg naar uit om hen weer te zien.

Vanuit Myrtle Beach is het ongeveer 50 km fietsen. We hebben heerlijk de wind in de rug en de zon schijnt. Dat fietst prima. De route voert ons door de buitenwijken van Myrtle Beach, vervolgens door Atlantic Beach en North Myrtle Beach. We zien de prachtigste strandhuizen, maar vooral heel veel hotels, appartementen en villa’s. Al of niet met zwembaden, casino’s, midgetgolf banen, beach stores of restaurants.

Het is een aaneenschakeling van amusement alleen in het huidige laagseizoen is er bijna niemand te bekennen. We drinken koffie in downtown North Myrtle Beach. Daar worden we aangesproken door Robbie.

Die blijkt ook lange fietstochten te hebben gemaakt. We delen verhalen. Hij woont in Asheville, in North Carolina. Deze plaats en omgeving is het zwaarst getroffen door de orkaan Helene van september j.l. Over de gevolgen en geleden schade heeft hij veel te vertellen. Indrukwekkend. We passeren de grens van North Carolina. De laatste staat van onze fietsreis.

Vlak voordat we op onze bestemming zijn stuiten we (weer) op een wegblokkade. De brug over de Intercostal Waterway ligt er uit. Gelukkig is er Google. Deze wijst ons een andere weg door een golfresort met nog grotere villa’s dan die we eerder zagen. We hebben nog steeds mazzel met onze ‘tailwind’ dus de extra tien kilometer fietsen gaat soepel.

Het is erg leuk om onze vrienden Greg en Jerri weer te zien en ook hun mooie huis aan de waterway. Eerst maar even de fiets uit proberen. Het zadel is wel erg hard.

Met onze vrienden maken we een strandwandeling naar de Kindred Spirit Mailbox. Een brievenbus ergens op het strand van Birds Island. Wat een prachtig idee. Het strand is verlaten wat wel een bijzonder beeld is. De lucht is prachtig door de ondergaande zon. We laten onze boodschap achter in de mailbox.

Net voordat het donker wordt zijn we weer terug bij hun huis. Dan is het tijd voor lekker eten en verder bijkletsen. Thats where friends are for.

« Oudere berichten

© 2025 Trap voor trap

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑

Translate »